Indonesië – Ubud, Bali

Ubud – Toen 2016 nog maar net was begonnen, hadden wij, Stefan en ik, onze tickets naar Bali in Indonesië al geboekt. We hebben dan ook meer dan een half jaar de tijd gehad om ons te verheugen op onze reis. Al die voorpret en het voorbereiden van alles vind ik stiekem zo leuk. Jammer genoeg zit onze reis er alweer op. Een paar weken geleden zijn we thuisgekomen.In totaal hebben we drie weken rondgereisd op Bali en Lombok. Na een lange vlucht begon onze reis in Ubud, een supergezellig plaatsje midden in Bali, tussen de rijstvelden. In deze blog neem ik je mee naar onze belevenissen in en om Ubud en ik deel natuurlijk een aantal plekjes met je die je echt niet wilt overslaan. 

Ubud wordt door reisorganisaties vaak omschreven als het groene, artistieke en spirituele hart van Bali en is vooral bekend van het boek Eat, Pray and Love. Voordat we Ubud bezochten, las ik dat je in Ubud struikelt over de yoga-plekjes, de spa’s en de gezonde hippe eettentjes, maar vooral ook over de toeristen. Toch is het wel een must-visit. Ik ben zo blij dat we er zijn geweest! Ondanks dat we het liefste de grote toeristenmassa’s mijden wanneer we op reis zijn, hebben we het enorm naar ons zin gehad in Ubud. Misschien was dit wel onze leukste bestemming tijdens onze reis op Bali door Indonesië. We hebben er met gemak een dag of 5 doorgebracht. Je kunt bijna overal in Ubud goedkoop én lekker eten en het is een ideale uitvalsbasis voor scootertochtjes tussen de rijstvelden.

Bije Bisma Suites (Jalan Bisma, Ubud)

De eerste vier nachten van onze reis verbleven we in Bije Bisma Suite. Een heel mooi en kleinschalig boutique hotelletje tussen de rijstvelden, maar wel dichtbij het levendige centrum van Ubud. Onze kamer was redelijk simpel; het plekje zelf was daarentegen echt een paradijsje! De eigenaar sprak heel beperkt Engels, maar was zo vriendelijk en behulpzaam dat dit helemaal niet erg was. Sowieso zijn we alleen maar aardige, lieve en blije Balinezen tegengekomen op Bali, maar toen we bij Bije Bisma Suites aankwamen hebben we echt staan kijken van de vriendelijkheid. Als je op zoek bent naar een klein en rustig plekje in Ubud (mèt superfijn zwembad en watermeloensapjes), dan zit je hier helemaal goed.

The Black Pearl (Jl. Bisma no. 45, Ubud)

Een klein restaurantje in piratensfeer tussen de rijstvelden èn in dezelfde straat als onze accommodatie. Volgens mij hebben we hier wel vijf keer gegeten. Vooral heel veel nasi en mie goreng, want dat was hier zo lekker. Maar ook erg lekkere smoothies en sapjes (vooral de dragonfruit en oreo smoothie zijn aanraders!), havermout ontbijtjes en sandwiches. Je kan er ontbijten, lunchen en avondeten en dat allemaal ook nog eens supergoedkoop, ideaal!

Campuhan Ridge Walk

Een absoluut hoogtepunt van onze reis op Bali was de Campuhan Ridge Walk. Om zes uur ’s ochtends stonden we op om deze wandeling te lopen. Een wandeling over een pad tussen twee dalen en rijstvelden door. Vanuit het centrum van Ubud is het een minuut of tien lopen naar het begin van de route. Maar wanneer je eenmaal begonnen bent (vooral het eerste stuk is even klimmen, maar echt prima te doen), zie je alleen maar groen om je heen. Een wereld van verschil met het chaotische Ubud zelf. Op tijd opstaan is trouwens wel echt aan te raden: Je komt dan bijna geen andere toeristen tegen én het is dan qua temperatuur nog goed uit te houden.

Na een aantal kilometer kwamen we langs Karsa Café, ook weer zo’n pareltje tussen de rijstvelden. Omdat we zo vroeg waren, waren we de eerste bezoekers en hadden we alle keus waar we wilden zitten. We kozen natuurlijk voor een houten hutje boven het water. Een vers sapje en een jonge kokosnoot later zijn we dezelfde weg weer teruggelopen naar Ubud (je kunt de weg ook vervolgen, maar van wat we gelezen hadden zou het mooier zijn om dezelfde route terug te nemen).

Sjaki’s Warung

Superlekkere gado gado eten èn je geld ook nog eens uitgeven aan een hele goede bestemming. Niet verkeerd toch? Op Bali wordt het krijgen van kinderen met een beperking gezien als ‘bad karma’. Ontzettend verdrietig natuurlijk. Sjaki-Tari-Us zet zich in voor deze kinderen en helpt zowel de kinderen, met een leerprogramma, als de ouders van deze kinderen.

“Not less, but differently gifted”

Sjaki-Tari-Us

De warung, Sjaki’s Warung, is een werk-leerrestaurant. Tieners leren hier onder meer koken en bedienen. Als je geluk hebt, krijg je zelfs nog een rondleiding van een vrijwilliger door het gebouw waarin zich de Warung, maar ook verschillende klaslokalen en Sjaki’s shop bevinden. En wij hadden dat geluk!

Huur een scooter

Wij hebben bij onze accommodatie voor een paar euro per dag een scooter gehuurd om hiermee op uit te trekken en echt.. Ideaal! Op Bali zie je veel toeristen die met private drivers op pad gaan om bezienswaardigheden te zien. Maar wij houden er niet zo van om afhankelijk van iemand te zijn. Het huren van een scooter was dan ook perfect: die gaf ons zoveel vrijheid! We konden gaan en staan waar we wilden.

We hebben heel wat kilometers gemaakt op dat scootertje in die paar dagen. Toen we de scooter huurden vroegen we ons wel even af waar we moesten tanken, want een tankstation hadden we nog niet gezien. “You can get petrol everywhere.” Huh, hoezo overal? En wat bleek.. Om de 100 meter kwam je wel een winkeltje tegen met aan de weg allemaal glazen of plastic flessen vol vloeistof. Je betaalde een keer 8.000-10.000 rp (nog geen €2) en met een trechter werd de benzine vervolgens in de scooter geschonken. Geweldig toch? Een poncho meenemen is trouwens geen overbodige luxe.

Het echte Bali

Op de tweede dag dat we onze scooter hadden, zijn we ’s ochtends vanuit Ubud richting het oosten van Bali gereden. We wilden graag mooie spectaculaire rijstvelden zien zonder de hordes busjes en bijbehorende toeristen die we de dag ervoor bij de Tegalalang rijstvelden waren tegengekomen. Op de een of andere manier doet die hoeveelheid toeristen best wel af aan het bijzondere van die rijstvelden. Op internet had ik van tevoren een soort van route uitgestippeld. We namen natuurlijk het liefste de kleinere wegen met mooie uitzichten. Dit resulteerde er echter wel regelmatig in dat we moesten omkeren omdat de weg gewoon ophield (als de brug ineens niet meer bestaat kom je tenslotte niet verder) of omdat de weg zo slecht was dat we echt niet verder konden met de scooter. Wel ontzettend leuk, want op deze manier zie je wel het echte Bali in Indonesië.

Geen toeristen, maar wel heel veel Balinezen die allemaal even opgewekt naar je lachen, meisjes die tandenpoetsen in de rivier en ondertussen blij naar je zwaaien en behulpzame locals die ons hielden weer op de juiste weg te komen. Na zo’n 1,5 uur rijden en flink stijgen waren we dan eindelijk waar we wilden uitkomen: Bukit Jambul. Ontzettend mooie rijstvelden en uitzichten. Het hoogtepunt van onze scootertocht. En hee, alweer geen toeristen, behalve wij!

Ubud op Bali was gewoon zo leuk. En naast deze toffe plekjes zijn er nog zoveel meer mooie ‘hidden gems’, bijzondere tempels en fijne eettentjes. Ik had het absoluut niet willen missen.

Vond je het leuk om te lezen over Ubud en wil je meer lezen over Indonesië? Neem dan een kijkje bij de volgende artikelen:

Indonesië – Pemuteran, Bali

Indonesië – Nusa Lembongan, Bali

Indonesië – Gili Trawangan en Lombok